Column Arjan Trommel

We leiden bij de HvA al 12 jaar bestuurskundigen op. Niet zomaar bestuurskundigen, maar hele goede ‘verbinders’ die hun tanden zetten in (grootstedelijke) maatschappelijke vraagstukken. Daar waar er sprake is van strijd om beleid, daar waar idealen, belangen en principes botsen, zijn de verbinders in staat om de belanghebbenden met elkaar in contact te brengen en het proces zo te ‘sturen’ dat deze zogenaamde beleidscontroverses wordt overbrugd. Heel oneerbiedig zou je het een soort oliemannetjes

kunnen noemen die met kennis van zaken, lenig, slim, meebewegend, luisterend, pratend, masserend, participerend en cocreërend oplossingen genereren. Hoewel dit heel goede bestuurskundigen zijn die ook nog eens gewaardeerd worden op de arbeidsmarkt, gaan we dit profiel bijstellen. En wel hierom.

Kijkend naar de publieke zaak, zien we dat het voor publieke professionals steeds lastiger is om iets voor elkaar te krijgen. De problemen worden groter en complexer, de samenleving veeleisender en de slagkracht van overheden om een probleem op te lossen wordt kleiner. Ik ben van mening dat het in zo’n context met ontwrichtende vraagstukken zoals de klimaatverandering en digitalisering, niet voldoende is om “te verbinden”. Het gevaar ligt dan immers op de loer dat het doel de middelen gaat heiligen. Je kan ook teveel meebewegen. In NRC van 21 juni kon je lezen dat de helft van de ambtenaren vinden dat ze teveel moeten meebewegen.

Ik denk dat we de publieke zaak een nog grotere dienst bewijzen als we bestuurskundigen afleveren die niet alleen goed zijn in meebewegen, maar juist ook op z’n tijd tegenbewegen, die sterk genoeg in de schoenen staan om kritisch te zijn en zich weerbaar genoeg voelen om alle publieke waarden in ogenschouw nemen. Met andere woorden, het accent op onze bestuurskundigen komt meer te liggen op het leren balanceren tussen al die soms conflicterende eisen die we (de Verenigde Naties) stellen aan

goed bestuur. De verbinders hadden veel oog voor eisen als responsiviteit en presteren. De balanszoekers zijn bestuurskundigen die in hun aanpak een evenwicht vinden tussen responsiviteit, presteren, rechtmatigheid en onkreukbaarheid.

Natuurlijk, dit zijn allemaal grote en abstracte woorden. Deze moeten we nog concreet en hanteerbaar gaan maken. Daar gaan we na de zomer verder aan werken. Dat zal leiden tot een nieuw profiel, aangescherpte competenties en een aangepast onderwijsprogramma. Dat is een traject waar we met het hele team zeker twee jaar mee bezig zullen zijn. Maar dan kunnen we weer jaren vooruit.

Maar eerst het zomerreces. Ik wens iedereen een fijne vakantie.

Wat betekent Bestuurskunde voor mij? Bestuurskunde is de opleiding waarvoor ik met veel plezier werk. Mijn dagelijkse werkomgeving dus. De omgeving waar uitsluitend sympathieke, slimme en betrokken mensen werken en studeren. Een omgeving waar ik kan doen wat ik leuk vind: lesgeven en het onderwijs nog beter maken. Ik heb nooit eerder zo lang bij één organisatie gewerkt. Bestuurskunde betekent dus voor mij een prettige en zinvolle dagbesteding waar ik ook nog eens voor wordt betaald.


Vermoedelijk wordt met het thema van dit nummer iets anders bedoeld. Ik moet waarschijnlijk iets slims zeggen over de inhoud. Wat is mijn visie op bestuurskunde? Eigenlijk durf ik daar als econoom mijn

vingers niet aan te branden, maar laat ik toch proberen iets over onze opleiding ‘bestuurskunde’ te zeggen.



Meebewegen, tegenbewegen, balanceren

We leiden bij de HvA al 12 jaar bestuurskundigen op. Niet zomaar bestuurskundigen, maar hele goede ‘verbinders’ die hun tanden zetten in (grootstedelijke) maatschappelijke vraagstukken. Daar waar er sprake is van strijd om beleid, daar waar idealen, belangen en principes botsen, zijn de verbinders in staat om de belanghebbenden met elkaar in contact te brengen en het proces zo te ‘sturen’ dat deze zogenaamde beleidscontroverses wordt overbrugd. Heel oneerbiedig zou je het een soort oliemannetjes

kunnen noemen die met kennis van zaken, lenig, slim, meebewegend, luisterend, pratend, masserend, participerend en cocreërend oplossingen genereren. Hoewel dit heel goede bestuurskundigen zijn die ook nog eens gewaardeerd worden op de arbeidsmarkt, gaan we dit profiel bijstellen. En wel hierom.

Kijkend naar de publieke zaak, zien we dat het voor publieke professionals steeds lastiger is om iets voor elkaar te krijgen. De problemen worden groter en complexer, de samenleving veeleisender en de slagkracht van overheden om een probleem op te lossen wordt kleiner. Ik ben van mening dat het in zo’n context met ontwrichtende vraagstukken zoals de klimaatverandering en digitalisering, niet voldoende is om “te verbinden”. Het gevaar ligt dan immers op de loer dat het doel de middelen gaat heiligen. Je kan ook teveel meebewegen. In NRC van 21 juni kon je lezen dat de helft van de ambtenaren vinden dat ze teveel moeten meebewegen.

Ik denk dat we de publieke zaak een nog grotere dienst bewijzen als we bestuurskundigen afleveren die niet alleen goed zijn in meebewegen, maar juist ook op z’n tijd tegenbewegen, die sterk genoeg in de schoenen staan om kritisch te zijn en zich weerbaar genoeg voelen om alle publieke waarden in ogenschouw nemen. Met andere woorden, het accent op onze bestuurskundigen komt meer te liggen op het leren balanceren tussen al die soms conflicterende eisen die we (de Verenigde Naties) stellen aan

goed bestuur. De verbinders hadden veel oog voor eisen als responsiviteit en presteren. De balanszoekers zijn bestuurskundigen die in hun aanpak een evenwicht vinden tussen responsiviteit, presteren, rechtmatigheid en onkreukbaarheid.

Natuurlijk, dit zijn allemaal grote en abstracte woorden. Deze moeten we nog concreet en hanteerbaar gaan maken. Daar gaan we na de zomer verder aan werken. Dat zal leiden tot een nieuw profiel, aangescherpte competenties en een aangepast onderwijsprogramma. Dat is een traject waar we met het hele team zeker twee jaar mee bezig zullen zijn. Maar dan kunnen we weer jaren vooruit.

Maar eerst het zomerreces. Ik wens iedereen een fijne vakantie.

Wat betekent Bestuurskunde voor mij? Bestuurskunde is de opleiding waarvoor ik met veel plezier werk. Mijn dagelijkse werkomgeving dus. De omgeving waar uitsluitend sympathieke, slimme en betrokken mensen werken en studeren. Een omgeving waar ik kan doen wat ik leuk vind: lesgeven en het onderwijs nog beter maken. Ik heb nooit eerder zo lang bij één organisatie gewerkt. Bestuurskunde betekent dus voor mij een prettige en zinvolle dagbesteding waar ik ook nog eens voor wordt betaald.


Vermoedelijk wordt met het thema van dit nummer iets anders bedoeld. Ik moet waarschijnlijk iets slims zeggen over de inhoud. Wat is mijn visie op bestuurskunde? Eigenlijk durf ik daar als econoom mijn

vingers niet aan te branden, maar laat ik toch proberen iets over onze opleiding ‘bestuurskunde’ te zeggen.





Column Arjan Trommel
Meebewegen, tegenbewegen, balanceren